dinsdag, juli 24, 2007

1U = GOED, MAAR 5 VOOR IS BETER ! -deel 7-

Misschien lijkt het wat overdadig dat ik geregeld de teksten van sommige liedjes mee publiceer. Hopelijk vervelen ze jullie niet. Ik vind het pareltjes. Bovendien is muziek, dans en zang onlosmakelijk met Ierland verbonden. Straks nog een tekst.
Gisteravond maakten de Ieren in het hotel wel een beetje lawaai. Bleek dat zij hevige fans waren van hurling. Die avond speelde County Cork tegen een ander county voor de All Ireland Cup. Wat is nu eigenlijk hurling ? In het Iers 'iomaint' of 'iomanaiocht'. Een ploegsport, gespeeld door alleen mannelijke amateurs (geen profs) van Keltische origine. Het zou de snelste ploegsport ter wereld zijn. Het word gespeeld met een stick en een bal (sliotar) van 65 mm diameter. Het doel is een stel palen in de vorm van een H en het is de bedoeling meer punten te maken dan de tegenstrever. Men scoort een doelpunt (cul of drie punten) als de bal in het net (onderste van de H) terecht komt. Tussen de palen scoren levert maar 1 punt op. Elke ploeg telt vijftien spelers : een doelman, zes verdedigers, twee middenvelder en zes aanvallers. Een wedstrijd duurt 60 of 70 minuten en heeft twee helften. De uitslag van een match word met 2 getallen per ploeg weergegeven : bijvoorbeeld 'Cork 4-3 / Kilkenny 2-5'. Even uitrekenen leert dat Cork 4x3=12 + 3 = 15 punten heeft tegen Kilkenny 2x3=6 + 5 = 11 punten heeft. In dit voorbeeld zou Cork gewonnen hebben.
Wil je de uitgebreide spelregels en geschiedenis van hurling kennen dan raadpleeg je een Ierse site op het internet.
Een andere populaire sport in Ierland is Gaelic football. Zowat een mengeling tussen voetbal, handbal en rugby, gespeeld met een ronde, leren bal die lijkt op een voetbal.
Het spreekt voor zich dat beide sporten vrij ruw zijn. Voetbal lijkt hiermee vergeleken een sport voor watjes. (alhoewel je soms anders zou denken)

Dag 7, zondag 15 juli


Blijkbaar heeft de drukduivel mij vorige dagen parten gespeeld want de reisdagen kloppen wel, maar de dagen en datums niet. Dat komt ervan als je alles snel wil doen (hoe is dat weer van die haastige spoed ?) en er geen agenda op naslaat. Daarom : mea culpa, mea culpa, mea maxima culpa !
Ik keek hoopvol uit naar het programma van vandaag. Al enkele malen hoorde ik op de bus de prachtige harpgeluiden van Janu (een harpspeelster uit Gent) die het prachtige liedje 'Les lacs du Connemara' van Michel Sardou aan de snaren ontlokte. Hoor je me afkomen ? Hier is de tekst :

Terre brûlée au vent
Des landes de pierres
Autour des lacs
C'est pour les vivants
Un peu d'enfer
Le Connemara

Des nuages noirs
Qui viennent du nord
Colorent la terre
Les lacs les rivières
C'est le décor
Du Connemara.
Au printemps suivant
Le ciel irlandais
Etait en paix
Maureen a plongé
Nue dans un lac
Du Connemara
Sean Kelly s'est dit
Je suis catholique
Maureen aussi
L'église en granit
De Limerick
Maureen a dit oui
De Tiperrary
Barry-Connely
Et de Galway
Ils sont arrivés
Dans la comté
Du Connemara
Y'avait les Connor's
Les O'Connely
Les Flaherty
Du Ring of Kerry
Et de quoi boire
Trois jours et deux nuits

Là-bas au Connemara
On sait tout le prix du silence
Là-bas au Connemara
On dit que la vie
C'est une folie
Et que la folie
Ca se dance

Terre brûlée au vent
Des landes de pierre
Autour des lacs
C'est pour les vivants
Un peu d'enfer
Le Connemara
On y vit encore
Au temps des Gaëls
Et de Cromwell
Au ritme des pluies
Et du soleil
Au pas des chevaux
On y croit encore
Aux monstres des lacs
Qu'on voit nager
Certains soirs d'été
Et replonger
Pour l'éternité
On y voit encore
Des hommes d'ailleurs
Venus chercher
Le repos de l'âme
Et pour le coeur
Un goût de meilleur
L'on y croit encore
Que le jour viendra
Il est tout près
Ou les Irlandais
Feront la paix
Autour de la Croix.

Là-bas au Connemara
On sait tout le prix de la guerre
Là-bas au Connemara
On n'accepte pas
La paix des Gallois
Ni celle des rois d'Angleterre.


Voila ! Zeg nu zelf, dit geeft toch heel goed de Ierse volksaard weer. Er moeten een boel elementen in deze tekst zitten die je herkent. Mensen, dan moet je de muziek er nog eens bij horen ! Om koud van te worden. Ik koesterde daarom ook heel hoge verwachtingen in Connemara.










In een klein dorpje waarvan ik de naam kwijt ben (misschien kan iemand mij helpen ?) hadden wij onze voormiddag stop. Eén straat, een kerk, enkele winkels, maar goed om eens de benen te strekken.








Connemara (Iers = Conamara, afkomstig van het Keltische Conmhaicne Mara, wat wil zeggen 'het volk van Con Mhai, van de zee) is een groot schiereiland in het westen van Galway Countyen is één van de zes Nationale Parken in Ierland. Het is heel dun bevolkt. Alleen langs de kust, aan de baai van Galway, liggen een aantal kleine dorpjes (zoals Spiddal en Letterfrack). Het grotere Clifden ligt in het uiterste westen aan de oceaan.
Bijna overal in Connemara zie je de Twelve Bens, een ruwe heuvelrij die het landschap altijd beïnvloed. Dit landschap bestaat voornamelijk uit uitgestrekte hoogveen gebieden, waar de weinige mensen turf steken. De bodem is dikwijls bedekt door een laag struikje, lijkend op het maquis van Corsica. Hier en daar staan bomen en bosjes.
Mede door de isolatie van Connemara heeft de oorspronkelijke Ierse taal zich hier goed kunnen handhaven. Het grootste gedeelte van de streek behoort bij de 'Gaeltacht', de streken waar nog dagelijks 'Iers' word gesproken.
Tot de 13de eeuw was de O' Cadhla (of in hedendaags Iers 'Kealy') clan de heerser over de Connemara. Tijdens de Engelse invasie in de vroege 13de eeuw werden zij verslagen en opgevolgd door de 0'Flaherty clan.
Turfgebieden worden afgewisseld met steenmassa's, hier en daar een klaterend stroompje of een meertje en weer turf en veen gebied. Hier en daar, met kilometers ruimte een huisje. Erg desolaat. Soms lijken de rotsen met een gigantisch mes afgesneden te zijn, zo sterk is de erosie.
De weinige vee, koeien en schapen, lijkt blijkbaar maar met moeite genoeg groen te vinden.
Op enkele steengroeven na, en de turfsteek plaatsen, is er geen industrie. Een door God en klein Peerke verlaten streek. Héél melancholisch. Ik ben geneigd om als men mij vraagt wat er te zien is in de Connemara te antwoorden met : NIETS ! Maar dat juist maakt het nu heel speciaal. Ik weet niet waarom maar ik voelde mij hier een klein beetje 'thuiskomen'.
Zowat in het hartje van Connemara, in de Kylemore vallei (Iers = Coillk Mor of groot bos) ligt een meer met nogal vruchtbare grond en een bospartij. Het was hier dat mr. Michell Henry, een textielbaron uit Manchester, in 1862 een huisje liet bouwen. Enfin, een kasteel in de stijl van Windsor met alles erop en eraan : tuinen, houtwinning, wandelpaden, betonnen tennisbanen en noem maar op. Er wordt gefluisterd dat mijnheer Henry een kleine £250.000 besteedde aan de totale bouw. Hun geluk was echter van korte duur. Mevrouw Henry stierf toen zij 45 jaar was in Egypte aan Nijlkoorts.
In 1894 werd het landgoed op een veiling te koop gesteld. Omdat het hoogste bod slechts £150.000 was ging de verkoop niet door. In 1903 kocht ene mijnheer Zimmerman uit Cincinatti (zou dat familie zijn van Bob Dylan ?) het landgoed voor zijn dochter, de hertogin van Manchester. In 1920 kochten de Ierse Benedictinessen het voor £ 45.000 om onder andere hun Ieperse orde-genoten te huisvesten. Die waren al in tijdje in Ierland, gevlucht voor de onophoudelijke beschietingen van Ieper tijdens W.O. I. De dametjes leenden geld en er werd een internationaal meisjesinternaat opgericht met als doel : aanbieden van onderwijs op hoog niveau, bijdragen tot een verrijkende persoonlijke ervaring en het ontwikkelen van de persoonlijkheid in een prachtige omgeving. Niet echt iets voor de werkende klasse dus.
Vandaag is Kylemore Abbey het monastieke huis van de Ierse Benedictinessen. Het is zeker de moeite om het te bezoeken. De abdij zelf, maar ook de onlangs gerestaureerde neagotische kerk en niet te vergeten de fantastische tuin.
De terugrit door het verlaten Connemara was een schrijnend contrast met dit bad in weelde en luxe.
Na nog een korte stop in Kilkieran (Iers = Cill Chiarain of de kerk van Chiearain -Kieran-) en een weldoende Guinness daar, draaiden wij onze neuzen richting Lisdoonvarna.





Geen opmerkingen: