zondag, augustus 27, 2006

Vrijdag 11.08.06, dag 5


Na de onderdompeling in het Viking verleden wou ik vandaag toch wel eens iets anders zien. Onlangs las ik in een roman die zich voornamelijk in Stockholm afspeelt dat het hoofdpersonage, een nobele dief, een bezoek bracht aan de blauwe zaal van het stadhuis.
In de reisgids las ik dat dit stadhuis een bezienswaardigheid op zich is. Kom je in Stockholm dan kan je er ook niet naast kijken, of je nu op een eiland staat of vanop een schip in het water.
Dus ik naar het stadhuis of Stadhuset.
De grote, imposante toren is echt een eye-catcher. Bovenop pronkt goudkleurig het nationale symbool van Zweden : de drie gouden kronen. Langs de buitenzijde, aan de Stadshusbron ligt het praalgraf van Birger Jarl, die Stockholm stichtte in 1252. Het is een groot vierkant gebouwd gebouw met een grote binnenkoer. Langs drie zijden gesloten, de vierde zijde is een zuilengalerij van waaruit je een prachtig beeld op op het eiland Riddarholmen en op het grotere eiland Södermalm. Achter Riddarholmen zie je de contouren van de Riksdag en het Kungliga Slottet.
Tussen het Stadhuis en het water, de Riddarfjärden, ligt de Stadhuistuin. De aanleg is duidelijk beïnvloedt door Lenôtre. De tuin is opgesmukt met standbeelden van allerlei beeldhouwers, maar voornamelijk met die van Carl Eldh, één van de voornaamste Zweedse sculpturisten.
Ik sloot mij aan bij de Engelstalige groep bezoekers die begeleid werden door de mooie gidse Inge, die ons direct overdonderde met de 'Blauwe Zaal'. Eigenlijk zou dit beter de 'Blauwe Hall' genoemd worden. Het is een grote overdekte ruimte, zeker zo groot als het binnenplein van het Stadhuis. De monumentale ruimte is opgetrokken uit rode baksteen, de vloer is van Zweedse marmer uit Kolmärden. In zijn originele plan wou de architect, Ragnar Östberg, de muren blauw schilderen naar het water dat Stockholm langs alle zijden omringd. Toen hij echter zag hoe mooie de rode bakstenen waren zag hij van zijn plan om alles te bepleisteren met blauw af. Toch bleef de zaal haar blauwe naam behouden omdat dit zo op het bouwplan stond en ondertussen gemeen goed geworden was.
Een ander staaltje van zijn genie is de mooie marmeren trap die naar de bovenverdieping leidt waar allerlei festiviteiten voor de edelen plaatsvonden en waar ook de Raad is gehuisvest. Nobele dames waren gekleed in lange kleren of rokken. Wanneer zij een trap bestijgen moeten ze hun kleren optillen wat hen een deel van hun nobelheid deed verliezen. Daarom ontwierp hij, samen met zijn vrouw die er op oefende, de trap zodanig dat de nobele dames zonder gezichtsverlies en hun rok te moeten optillen naar boven konden schrijden. En inderdaad de lage, lange treden lieten ook toe dat wij, toeristen, naar boven konden schrijden.
De blauwe zaal is ook internationaal vermaard vanwege het Nobelprijs gebeuren. Eerst dacht ik dat de Nobelprijzen hier werden overhandigd, maar er stond niemand voor ons klaar. Nu weet ik dat de prijzen door de Zweedse koning in de Concert Hall worden overhandigd, ieder jaar op 10 december. Na hun medaille en diploma gekregen te hebben wandelen (?) alle winnaars en genodigden naar Stadshuset voor het jaarlijkse banket. Iedere genodigde heeft exact 69 cm ruimte aan tafel. Het is dus elk jaar puzzelen om iedereen een plaatsje te geven. Ik heb mij ingeschreven, gratis, om uitgenodigd te worden. Inge verzekerde mij ervan dat ik zeker een uitnodiging zou krijgen van de Koninklijke Familie, op handgeschept papier, met in goudopdruk de drie kronen, voor het banket van ... 2052 !
Het volgende pronkstuk van het stadhuis is Radsalen (hoe krijg ik vdme dat bolletje op de eerste a ?) of de Raadszaal. Eerst kom je in een klein, donker vertrekje. Dit was het zaaltje waar de dames-verkozenen, destijds een drie, vier vooruitstrevenden, vergaderden. Nu is het gewoon een anti-chambre. De Raadszaal zelf is imposant. Het plafond is gemaakt naar het model van een omgekeerde drakkar, een ode aan de Vikings en hun 'thing'. Hierdoor krijg je de indruk in een Viking langhuis te zijn. Tussen haakjes (), onze benaming van dinsdag is hiervan afkomstig : Thingsdag, de dag dat er overlegd werd.
De Stockholmer Stadsraad bestaat uit 103 verkozenen. Dames en heren vergaderen samen. De enkele dames van destijds zijn ondertussen uitgegroeid naar 56, de meerderheid.
Daarna kwamen wij bij de 'Ovalen kamer', speciaal ovaal gebouwd omdat dan de in de 17de eeuw in Beauvais, Frankrijk, geweven Tureholm wandtapijten het best tot hun recht kwamen.
Elke zaterdagnamiddag vinden hier huwelijksceremonies plaats. Een korte, normale plechtigheid duurt 30 sec. Een langere, alleen op aanvraag, duurt 3 minuten, volgen Inge.
Aansluitend kwamen wij in de Prinsens Galleri die gebruikt word voor de recepties die de stad houdt. Achter een dubbele rij zuilen zie je een fresco van Prince Eugen die een spiegelbeeld zouden moeten zijn van de kusten van Stockholm die je door de ramen ziet.
We verlieten de Prinsens Galleri langs de Salen Tri Kronor (vertaling niet nodig hé). Plezant is dat één van de drie kronen (lusters) constant hangt te wiebelen. De eerste gebruikers en bezoekers van dit zaaltje dachten (?) dat dit door een spook gebeurde. De waarheid is veel aangenamer : In geen enkel van de bezochte ruimtes was er verwarming te bespeuren. De architect vond verwarmingselementen, of het nu kachels of andere haarden waren, maar lelijk. Hij bedacht daar een originele oplossing voor. Langs een wand van het zaaltje drie lusters staat een gigantische, knap gebeeldhouwde wandkast. De architect van het stadshuis liet de achterwand van de kast, de schabben en het plafond weghalen. Deed de kast op slot en wierp de sleutel weg. Waarom ? Achter de kast, in de muur, is de oplossing voor de verwarming én de ventilatie van het stadhuis merkbaar, een gat van een ventilatieschacht van ongeveer één meter doorsnede. De koude of warme lucht die daaruitkomt en door de holle kast naar het plafond van de kamer wordt gestuurd, doet de luster wiebelen. Elders, bijvoorbeeld in verbindingsgangen zie je wel de ventilatieschachten.
Weer een illusie armer/rijker, terug de trappen af en naar de Gyllene Salen (Gullene Salen), de Gouden Zaal. Einar Forseth, de maker, creëerde een banketzaal met meer dan 18 miljoen stukjes mozaik, glas en goud. Zij wordt aan de noordzijde gedomineerd door een beeld van Mälardrottningen, de Mälar koningin, een eerbetoog van zowel het Avond als het Morgenland (Oost en West) aan Stockholm. Links van de koningin zie je bijvoorbeeld een mozaik van de Eifeltoren en het Vrijheidsbeeld.
Vi ses -wie sees- tot straks

Geen opmerkingen: