Ondertussen heb ik nog een tussenstop gemaakt in Jüterbug. Vanuit de verte had het stadje een mooie skyline wat mij naar daar lokte. Het was ook de moeite waard. Raar maar waar, op het plaatselijke kerkhof ontdekte ik nog DDR sporen.
Zo rond de middag was ik dan in Lut-Wittenberg. Het verschil met de andere stadjes was direct groot : veel groter, veel drukker ! En betaalparking. Gelukkig vrij dicht bij het centrum. Alles staat goed aangegeven en op geen tijd stond ik voor de kerkpoort waar Luther zijn diktaat aanspijkerde. Of het nog steeds het originele hout is weet ik niet. Er staat een hoog ijzeren hek voor. Hoogstwaarschijnlijk om (fanatieke) toeristen te beletten er 'souvenirs' uit te kerven.
Poort van de slotkerkJe kan ook begeleide stadswandelingen doen. De gids is dan verkleed in zo'n zwarte toga en met een 'luther'potske op.
LutherIk wandelde langs een andere straat terug naar de markt en kwam het 'Haus der Geschichte' tegen. Een huis helemaal ingericht volgens de gebruiken en de zeden van voor de Wende, uit de DDR tijd dus.
Ik werd rondgeleid door een heel sympatieke mevrouw die heel veel wist te vertellen over het DDR tijdperk. Zij sprak uiteraard Duits, de andere groepsleden waren een Amerikaans koppel met hun kindjes. De Amerikaanse mevrouw sprak Duits vanwege geboren in Berlijn en in haar jeugd daar gewoond. Zij vertaalde voor haar man. De vriendelijke gidse schrok er een beetje van dat ik haar Duits verstond, merkbaar aan mijn reacties op haar uitleg. Zij had gedacht dat de Amerikaanse ook voor mij in het Engels zou vertalen. Zij wist wel iets van twee talen in België, één daarvan was Frans, de andere wist ze niet maar was dat geen Engels ? Zij verontschuldigde zich heel uitvoerig en vond dat 'Flaams' (Hat das etwas zu tun mit Fläming ?) best te verstaan was.
Het museum was wel top ! Vroeger was het beneden een kinderkribbe en boven woonde men. De mensen die er woonden behoorden wel bij de meer begoeden.
Wc's in de kinderkribbe naast elkaar, à la Russe !Enkele anecdotes :
-Men droeg ook kleren uit nylon (NewYorkLONden), maar mocht dit niet zo noemen, wel dédéron (zie je de DDR er in ?), géén propaganda voor een westers product !
-Er bestaat een zakje (een netteke) dat je altijd moest bijhebben. Kwam je een rij mensen tegen dan ging je gewoon aanschuiven en zou je misschien iets op de kop kunnen tikken. Volgens de gids was het zakje zo rekbaar dat er vijftien flessen bier in gingen.
-Er was geen behangpapier, in plaats daarvan werden de muren geschilderd en werden er sjablonen op aangebracht. Toch modern eigenlijk !
-Er was tandpasta voor de kindjes met bananensmaak, wat zonder meer moest aangenomen worden. Men kende de smaak niet van bananen, er waren er geen.
-Overal waar wij keramiek gebruiken, in keukens en badkamers, was dat hier plastiek. De 'vrijwillige' brandweer had dan ook veel werk. Minstens één maal per week was er een woningbrand.
-Van oude koperen munitiehulzen uit een fabriek in de omgeving, werden gebruiksvoorwerpen gemaakt, bijv. bekers en vazen.
Keukentafel met ingebouwde afwasteilen (wegens plaatsgebrek)-Een aluminiumpot waar een gaatje in was werd gedicht met een vijs, een rondel en een moer. Zo kan die, weliswaar ligt lekkend, toch nog gebruikt worden.
-Koffie was er niet. Kon men toch eens aan koffiebonen raken dan waren die ongebrand. Men had een toestelletje gemaakt om zelf koffiebonen te branden op het fornuis. Die fornuizen werden gestookt met geperste papierblokken, bruinkool of hout.
-Begoede gezinnen hadden ook een tv, weliswaar zwart/wit en ze konden maar alleen de staatszenders ontvangen. Later verschenen er ook kleur tv's uit de Sowjetunie maar die werden zo warm, zei de mevrouw, dat je er een spiegelei op kon bakken. Bijzonderheid : bij alle tv's moest je een soort stroomregelaar kopen want geregeld waren er stroomterugvallen.
De staat controleerde alles. Ieder huisgezin moest een 'hausbuch' bijhouden. Hier moest in genoteerd worden wie er gedurende de week in het gezin verbleef. Elke week werd dit boek door de politie gecontroleerd.
Uniform 'Freie Deutsche Jugend'Er werd heel veel gezwegen in de DDR. Je wist immers niet wat er aan je buur beloofd was om als verklikker te fungeren ! Je moest dus voortdurend op je hoede zijn.
Na het bezoek zei ik tegen mevrouw de gids dat ik de indruk had dat de gewone DDR burgers, sterke, vindingrijke mensen moesten geweest zijn. Wat zij beaamde.
De middag was al een eind op weg en ik wou met alle geweld nog naar Coswig, naar het gehucht Wahldorf. Eens kijken naar die Vlaamse waterput. Het was wel wat zoeken maar uiteindelijk toch gevonden ! Een oud meneerke, blijkwaar wel belezen, wenkte mij en was helemaal niet verbaas een Belg te zien in zijn 'boeregat'. 'Jaja' zei hij 'Er komen er nog wel eens meer, Vlamingen ! Op zoek naar de put. Weet je, eigenlijk zijn wij een beetje verre neven. Kom ik laat je de kerk zien'. En wij naar de kerk, een mooi gemetst kerkje vroeger gebouwd door ... Vlamingen. De bewoners hebben de moeite gedaan om het in zijn oorspronkelijke staat te herstellen. Tof !
'En als je nu die bocht neemt naar links en dan aan de volgende bocht, daar staat de put'. Ik bedankte hem uitvoerig en wenste hem nog vele mooie dagen en reed naar de put. Eigenlijk iets van niets, gewoon een houten waterput maar met de uitleg dat hij oorspronkelijk gemaakt was door Vlamingen en... Slavische immigranten. Zo'n beetje 'heilige' grond ?
De Vlaamse waterputOndertussen was het stevig beginnen regenen, mét donder. Ik besloot daarom om geen pension te zoeken in Fläming maar door te rijden naar Magdeburg. Misschien zou ik de beroemde 'Magdeburgse halve bollen' wel zien !
In de buurt van Wiesenburg staken er weer een vijftal reetjes de weg over, zo'n honderd meter voor mij. Bracht mij in herinnering die borden toch weer serieus te nemen.
Via de autobahn naar Magdeburg. Even daarvoor, in Heyrothsberge, vond ik een pensionnetje waar ik overnachtte. Morgen zak ik af naar Magdeburg en is het 'bollentijd'.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten